Tweet
Wetenschappelijk.
Uiterlijk.
Deze ara heeft als hoofdkleur groen. Zijn voorhoofd is rood en hij heeft ook een rode vlek op zijn wangen. Hier heeft hij natuurlijk ook zijn naam aan te danken. Verder heeft deze ara veel oranje op de borst en ook wat op de rug. De binnenkant van de vleugels zijn ook vel oranje. De vleugelbogen zijn mooi rood. Deze ara is ongeveer 60 cm lang en weegt ongeveer tussen de 525 en 532 gram.
Jongen die worden geboren worden vrijwel groen geboren, pas na 2 a 3 jaar komen ze echt op kleur.
Het verschil tussen een man en pop is bijna niet te zien. Je kunt dit het beste laten onderzoeken doormiddel van endoscopie of een DNA onderzoek.
Leefgebied.
Deze ara komt alleen nog voor in sommige provincies van Cochabamba en ook in Stanta Cruz, Bolivia. Deze ara leeft in een gebied van 20.000 kilometer groot. Het gebied is een moeilijk bereikbare vallei die ruig en vol rotsen is.
In 1992 werd het aantal roodoorara’s in de natuur geschat op 2000 tot 4000 vogels. Nu denken ze dat er nog maar enkele honderden tot duizend vogels zijn.
De reden dat de vogel met uitsterven wordt bedreigd is de mens. Er worden bomen gekapt voor landbouw waardoor er minder nestmogelijkheden zijn. Ook word er nog steeds gehandeld in deze vogel.
Voedsel.
Gekiemde zaden worden door deze vogels graag gegeten. Ook een mengsel van verschillende noten en zaden is belangrijk. Verder heeft deze ara veel fruit en groente nodig. Elke dag vers water en een goed gridmengsel mag niet ontbreken.
Huisvesting.
Het beste voor deze vogels is bijvoorbeeld een buitenvlucht van 5 bij 2,5 bij 2 meter. Met daarnaast nog een binnenhok.
Veel kwekers houden deze vogel in kolonie. Dit omdat de roodoor erg snel de neiging heeft om zich te plukken. Door meerdere vogels te houden hebben ze meer afleiding. Let er wel op dat je echt moet beginnen met een groep vogels in een nieuwe voliere. Het is niet mogelijk om er later nog een vogel aan toe te voegen.
De kweek.
In hun natuurlijke omgeving broed deze ara zowel in boomholtes als in rotsspleeten en holen. De broedtijd in de natuur loopt van november tot aan april.
In gevangenschap is het erg moeilijk om een goed koppel samen te stellen. Dit ook vooral omdat er meer mannen zijn dan poppen.
De pop legt drie eieren die in 26 dagen worden uitgebroed. De jongen verlaten het nest als ze 11 tot 16 weken zijn.
Het blok voor deze ara heeft een maat van ongeveer 90 x 90 x 110 met een invlieggat van 18 cm. Het beste kun je het blok horizontaal ophangen. Deze ara heeft nestmateriaal nodig in het blok.
Gedrag.
Hierover is nog maar weinig bekend.
Cites.
Deze ara staat op de citeslijst 1
Nederlandse naam: Roodoor ara of roodwangara
Wetenschappelijke naam: Ara rubrogenys
Engelse naam: Red-fronted Macaw
Wetenschappelijke naam: Ara rubrogenys
Engelse naam: Red-fronted Macaw
Uiterlijk.
Deze ara heeft als hoofdkleur groen. Zijn voorhoofd is rood en hij heeft ook een rode vlek op zijn wangen. Hier heeft hij natuurlijk ook zijn naam aan te danken. Verder heeft deze ara veel oranje op de borst en ook wat op de rug. De binnenkant van de vleugels zijn ook vel oranje. De vleugelbogen zijn mooi rood. Deze ara is ongeveer 60 cm lang en weegt ongeveer tussen de 525 en 532 gram.
Jongen die worden geboren worden vrijwel groen geboren, pas na 2 a 3 jaar komen ze echt op kleur.
Het verschil tussen een man en pop is bijna niet te zien. Je kunt dit het beste laten onderzoeken doormiddel van endoscopie of een DNA onderzoek.
Leefgebied.
Deze ara komt alleen nog voor in sommige provincies van Cochabamba en ook in Stanta Cruz, Bolivia. Deze ara leeft in een gebied van 20.000 kilometer groot. Het gebied is een moeilijk bereikbare vallei die ruig en vol rotsen is.
In 1992 werd het aantal roodoorara’s in de natuur geschat op 2000 tot 4000 vogels. Nu denken ze dat er nog maar enkele honderden tot duizend vogels zijn.
De reden dat de vogel met uitsterven wordt bedreigd is de mens. Er worden bomen gekapt voor landbouw waardoor er minder nestmogelijkheden zijn. Ook word er nog steeds gehandeld in deze vogel.
Voedsel.
Gekiemde zaden worden door deze vogels graag gegeten. Ook een mengsel van verschillende noten en zaden is belangrijk. Verder heeft deze ara veel fruit en groente nodig. Elke dag vers water en een goed gridmengsel mag niet ontbreken.
Huisvesting.
Het beste voor deze vogels is bijvoorbeeld een buitenvlucht van 5 bij 2,5 bij 2 meter. Met daarnaast nog een binnenhok.
Veel kwekers houden deze vogel in kolonie. Dit omdat de roodoor erg snel de neiging heeft om zich te plukken. Door meerdere vogels te houden hebben ze meer afleiding. Let er wel op dat je echt moet beginnen met een groep vogels in een nieuwe voliere. Het is niet mogelijk om er later nog een vogel aan toe te voegen.
De kweek.
In hun natuurlijke omgeving broed deze ara zowel in boomholtes als in rotsspleeten en holen. De broedtijd in de natuur loopt van november tot aan april.
In gevangenschap is het erg moeilijk om een goed koppel samen te stellen. Dit ook vooral omdat er meer mannen zijn dan poppen.
De pop legt drie eieren die in 26 dagen worden uitgebroed. De jongen verlaten het nest als ze 11 tot 16 weken zijn.
Het blok voor deze ara heeft een maat van ongeveer 90 x 90 x 110 met een invlieggat van 18 cm. Het beste kun je het blok horizontaal ophangen. Deze ara heeft nestmateriaal nodig in het blok.
Gedrag.
Hierover is nog maar weinig bekend.
Cites.
Deze ara staat op de citeslijst 1
Chester en Samba 
Yoda en Navy